Plastics hebben geen goede reputatie bij de publieke opinie, niettegenstaande het erg nuttige en vaak duurzame materialen zijn. De communicatie over kunststoffen is dikwijls eenzijdig en niet altijd gebaseerd op wetenschappelijke feiten. PlastIQ, organisator van opleidingstrajecten voor huidige en toekomstige werknemers in de kunststoffensector, vindt het hoog tijd om meer kleur te brengen in dit zwart-witverhaal met aandacht voor nuance en feitelijkheid. Een rondetafelgesprek met diverse vertegenwoordigers uit de academische wereld, de kunststoffen- en recyclagesector en het bedrijfsleven is hiertoe een eerste stap. De uitdagingen? Meer communiceren en beter informeren. Maar ook meer samenwerken en beter recycleren.

Rondetafelgesprek PlastIQ

Eén grote soep?

De plastic soep is wereldnieuws. Diverse plasticsceptici werpen zich op als experts. Maar is de berichtgeving altijd even betrouwbaar? En weet de publieke opinie steeds waarover het precies gaat? Wie de TEDx talk ‘Plastics Rehab’ zag van prof. dr. Kim Ragaert (UGent, Circular Plastics, Academic lead of CAPTURE – Plastics to Resource) kan alvast het een en ander in perspectief plaatsen. Maar al te vaak worden appels met peren vergeleken en er wordt nogal eens een loopje genomen met de definitie van en kennis over kunststoffen.

Weet u trouwens dat onderzoek uitwijst dat zowat 90% van de plastic soep afkomstig is uit de stroomgebieden van 10 rivieren, hoofdzakelijk in Azië, en dat het Europese aandeel hierin amper 0,28% bedraagt volgens de onafhankelijke bron ‘Our World in Data’. Dat een plasticverpakking van 1,38 gram de levensduur van een komkommer op het schap met elf dagen verlengt en dus voedselverspilling tegengaat? Of dat het productieproces van een katoenen tas het milieu veel meer belast dan dat van een plasticzak?

En zo zijn er nog tal van voorbeelden die aantonen dat een kritische houding aangewezen is. Of om het met de woorden van Kim Ragaert in haar TEDx talk te zeggen:

“Do not go blindly to war on plastics just because they are the most visibly littered material. Realise that plastics are functional, precious materials that we need to keep in the materials loop. Check your facts. So please do have a Plastics Rehab.”

Wij zijn met zijn allen verantwoordelijkheid voor het afvalprobleem

Geen materiaal-, maar een afvalprobleem

‘Plastic tekent mee het doodsvonnis van onze natuur/wereld’, ‘Microplastic is een sluipmoordenaar’, ‘Er zijn voldoende alternatieven, die altijd beter zijn’… We worden om de oren geslagen met negatieve berichtgeving. Moeten we plastics dan volledig bannen? Kim Ragaert: “Het is een zeer emotioneel debat. Het is mijn taak als wetenschapper om te nuanceren op basis van feiten. Plastics hebben aan het begin van de keten veel milieuvoordelen. Ze zijn licht en uiterst geschikt voor het bewaren van voedsel. Bovendien genereren ze weinig CO2-afdruk. Het betreft geen materiaal-, maar een afvalprobleem. Geen enkel stuk plastic gooit zichzelf weg. Het gaat over een attitudeprobleem, maar het is ook geografisch bepaald. Ik denk aan regio’s waar de nodige infrastructuur om afval te verzamelen simpelweg ontbreekt.”

Saskia Walraedt (director sectorfederatie essenscia PolyMatters): “Het is inderdaad zo dat er in bepaalde Aziatische en Afrikaanse landen geen toegang is tot een degelijk afvalophalingssysteem. Naast het gedragsprobleem zijn er nog altijd veel landen met openbare storten. Er kan maar gerecycleerd worden wat opgehaald en gesorteerd wordt. De nieuwe wetgeving verbiedt zaken (verbod op wegwerpplastic vanaf 2021, nvdr), terwijl de bestaande wetgeving volgens mij eerst degelijk moet worden geïmplementeerd met de focus op het wereldwijd vermijden van storten. Vervolgens moet de afvalwetgeving herbekeken worden. De cruciale vraag is hier: hoe maken we van ons afval opnieuw een grondstof?”

Recyclage in cijfers

Elk type kunststoffen heeft specifieke eigenschappen. De meest gebruikte types in België zijn polyethyleen (PE), polypropyleen (PP), polystyreen (PS), pvc en pet. Ze vinden vooral een toepassing in bouwmaterialen, auto’s, elektronica en verpakkingen. Opvallend is dat meer dan de helft van alle kunststofproducten op de Belgische markt een lange levensduur heeft van 2 tot 50 jaar, waardoor ze pas veel later in aanmerking komen voor recyclage.

Uit een vorig jaar uitgevoerde studie van essenscia, de sectorfederatie van de chemie, kunststoffen en life sciences, en technologiefederatie Agoria blijkt dat de recyclage van kunststoffen in België sinds 2006 met 54% is gestegen. 34% van het kunststofafval gaat naar recyclage. Gerecycleerde kunststoffen worden echter nog niet ten volle benut als grondstof voor de aanmaak van nieuwe producten. Saskia Walraedt: “We zitten iets boven het Europees gemiddelde, maar dit percentage moet absoluut omhoog. Ik wil hierbij wel opmerken dat dit afhankelijk is van het type afval, de toepassingen en dergelijke meer. Kunststofafval van verpakkingen wordt bijvoorbeeld veel meer gerecycleerd dan dat van kledij.”

Volgens Peter Brughmans (consultant Kunststof Recycling Van Werven bv, specialist in het recyclen van harde plastics naar hoogwaardige secundaire grondstof voor de maakindustrie) moet er genuanceerder gecommuniceerd worden over het volledige circulaire leven van plastics als waardevol materiaal en herbruikbare grondstof. Gert Verreth (head of communication & woordvoerder essenscia) bevestigt: “Er bestaan veel verschillende soorten kunststoffen, maar mensen associëren plastic hoofdzakelijk met afval. Noem het gerust de plastic paradox. Het comfortniveau van ons moderne leven zou ondenkbaar en onbetaalbaar zijn zonder kunststoffen: van smartphones en koelkasten tot zonnepanelen en fietshelmen. Maar tegelijk heeft dit veelzijdige materiaal nooit eerder zo onder vuur gelegen. Dat is het meest zichtbaar bij voedselverpakkingen, terwijl plastic net daar een bijzonder positieve impact heeft om voedselverspilling te vermijden. We moeten meer over recyclage praten, de rol van kunststoffen in een circulaire economie en hoe we de afvalproblematiek aanpakken. De duurzame innovaties in de kunststofsector, die meer dan 30.000 mensen tewerkstelt, verdienen het om meer in de kijker te staan.”

Plastic: een symbool?

Europa verbiedt single use vanaf 2021. In welke mate is dit haalbaar? En zijn de alternatieven wel degelijker beter? Het is bovendien nog niet duidelijk gedefinieerd wat onder de noemer ‘duurzaam alternatief’ valt. We kunnen ons hierbij de vraag stellen of plastic (en de regelgeving errond) veeleer een symbooldossier geworden is? Uit wetenschappelijk oogpunt en analyses blijkt immers vaak dat plastic op duurzaamheidsvlak de beste keuze is, maar dat er onder druk van de klant niet voor gekozen wordt. Dit leidt ironisch genoeg tot duurdere en minder duurzame alternatieven.

Saskia Walraedt: “Het gaat over een lijst van een aantal single use plastics die verboden worden. De wetgeving bepaalt ook andere zaken, zoals plannen om het gebruik te verminderen en om meer materiaal te recycleren. Dit is voor bepaalde zaken haalbaar, maar enige redelijkheid is aan de orde. Het is contradictorisch dat kunststoffen die gemakkelijk gerecycleerd kunnen worden, hierdoor uit de recyclagestroom dreigen te verdwijnen. Voor mijn part mag er veel meer ingezet worden op degelijk ophalen in plaats van verbieden. De alternatieven zijn immers niet altijd beter.”

Peter Brughmans illustreert met een voorbeeld: “De herbruikbare beker ‘on the go’, mogelijk in een perfect herbruikbare kunststof zoals PP, werd vervangen door een ecologisch slechtere oplossing zoals metaal. Er is dringend nood aan correcte informatie.”

Karl Hermans (directeur Miko Pac) pleit voor objectieve factchecking: “Ik zie sommige klanten jammer genoeg de verkeerde keuzes maken, maar we staan hier vrij machteloos tegenover. Ik wil hierbij ook nog even benadrukken dat plasticverpakkingen een belangrijke rol spelen binnen het kader van de voedselveiligheid. Ik denk bijvoorbeeld aan verpakkingen voor ziekenhuismaaltijden.”

Rond de tafel van de circulaire economie

Er is nog ruimte voor verbetering inzake het bewustzijn van de betrokken partijen omtrent hun impact op de keten. Niettemin komt de nuance in het debat op gang. Positief is dat de circulaire economie de partijen rond de tafel brengt. Dit mondt bijvoorbeeld uit in materiaalcombinaties die een effect hebben op sorteren en recycleren.

Kim Ragaert: “Het bewustzijnsfront schuift inderdaad op. Na de virgin plastic producenten en de brand owners is de volgende stap de retailers. Zij zitten momenteel nog vast aan de denkpiste ‘Klant is koning’. Denk maar aan de supermarktketens die plastictassen vervangen door papier, terwijl de voetafdruk hiervan eigenlijk hoger is. Hopelijk springen ze binnenkort ook op de wetenschappelijke kar.” Tine De Pooter (marketing & communications director DW Reusables) bevestigt: “Het is belangrijk om met retailers rond de tafel te zitten. Zij kunnen de consument informeren over de materiaalkeuze. Er moet binnen dat kader meer samengewerkt worden.”

Naar een mentaliteitsverandering

Een mentaliteitsverandering van het grote publiek vergt tijd en energie. Informeren, sensibiliseren, controleren en handhaven, maar ook het aanbieden van de nodige faciliteiten zijn belangrijke factoren. Als het inzake de inzameling en recyclage van papier en karton mogelijk is, moet het ook haalbaar zijn voor plastics?

Peter Brughmans: “Plastic is een waardevolle grondstof. De burger snakt naar correcte, eerlijke informatie. Op basis hiervan kan men de verschillende materialen zelf vergelijken en de juiste keuze maken. Om mensen te overtuigen moet de waarheid wetenschappelijk onderbouwd worden, maar een goede perceptie is ook belangrijk. We moeten focussen op bedrijven die investeren in duurzame innovaties en kunststofproducten die recyclage aanmoedigen. Het is een én-én-verhaal, geen of-of-verhaal. Het gaat over ons allemaal. Het wordt tijd dat we de zaken in partnerschap en over de grenzen heen aanpakken.”

Karl Hermans: “We moeten blijven inzetten op recyclagemethodes. Plastic scheiden heeft een waarde. Het stopt niet bij het buitenzetten. Dat moeten we meer kenbaar maken en communiceren om de perceptie te wijzigen.”

Een mooi initiatief is het Circular Materials Center, dat in augustus wordt geopend in Kortrijk. Het centrum heeft de ambitie om uit te groeien tot het kennis- en onderzoekscentrum voor circulaire materialen in de kunststoffen- en textielsector. Dit via een partnership tussen kennis- en opleidingspartners, sector- en werkgeversorganisaties. Eva Degryse (projectmedewerker POM West-Vlaanderen): “Binnen het Circular Materials Center willen we diverse doelgroepen samenbrengen, zowel jongeren, kmo’s als werkzoekenden. Via workshops krijgen jongeren een volledig beeld van de sector, zodat ze zelf een kritische keuze kunnen maken.”

Best practices

Wat gebeurt er met het ingezamelde materiaal? Bedrijven zijn vaak met vooruitstrevende projecten bezig, die het grote publiek niet bereiken. We denken hierbij ook aan de bouwbedrijven. Zo verviervoudigde Deceuninck zijn recyclagecapaciteit tot 45.000 ton per jaar, waarbij meer dan 2 miljoen oude ramen jaarlijks worden gerecycleerd. Johan Pauwels (project manager Deceuninck): “Wij communiceren vooral via de professional. Binnen ons bedrijf leiden we derde- en vierdejaarsstudenten industriële wetenschappen op. Hogeschoolstudenten komen over de vloer. Weinigen weten echter wat zich binnen onze muren afspeelt. Ik denk dat we jongeren vooral via snelle, korte en krachtige communicatie moeten aanspreken.”

Ook Recticel levert forse inspanningen. Oude matrassen krijgen er bijvoorbeeld een nieuwe leven als isolatiemateriaal. Bart Haelterman (innovation manager, corporate HS&E and sustainability manager): “Wij communiceren B2B en verspreiden onze boodschap ook via de sectororganisatie. Binnenkort rollen we health, safety en environment binnen Recticel wereldwijd uit als videogame van ongeveer twee minuten.”

Van Werven België recyclet in Lanaken ca. 30.000 ton gebruikte harde kunststoffen tot nieuwe hoogwaardige grondstoffen. Aan de oorsprong ligt de Nederlandse familieonderneming die de infrastructuur voor het recyclen van grof huishoudelijk plasticafval doorheen de jaren stap voor stap uitbouwde over heel Europa. Momenteel worden ongeveer 200.000 ton grondstoffen geproduceerd uit de gebruikte afgedankte harde kunststoffen. Hiervan worden meermaals nieuwe mooie producten gemaakt voor de bouw- en interieursector, de auto- en verpakkingsindustrie.

Een andere best practice, die aantoont dat design en duurzame productie hand in hand gaan, is ecoBirdy. Het Antwerps bedrijf lanceerde in januari 2018 haar eerste collectie stoelen, tafels, lampen en bergmeubels, gemaakt uit gerecycleerd speelgoed. Het ingezamelde oude meubilair wordt bij Van Werven omgezet naar een nieuwe grondstof, waardoor ecoBirdy internationaal bekendstaat voor circulair kindermeubilair.

Een opmerkelijk initiatief betreft ook het PolyCE-project, dat door de Europese Commissie gefinancierd is en bestaat uit een consortium van 20 deskundige organisaties. Zij werken samen om het gebruik van nieuwe kunststoffen aanzienlijk te verminderen en het gebruik van gerecycleerde kunststoffen in nieuwe elektronicatoepassingen te verbeteren.

Kunststoffen zoeken talent

Deze rondetafel is een eerste aanzet in het streven van PlastIQ om het debat omtrent plastics te heropenen, het zwart-witverhaal te doorprikken en samenwerkingen aan te gaan. PlastIQ organiseert opleidingen en trajecten om de competenties van de toekomstige en huidige werknemers in de kunststofsector te verstevigen en de instroom van geschoolde medewerkers te verzekeren. De sectororganisatie wordt dagelijks geconfronteerd met bedrijven en stakeholders die worstelen met de eenzijdige berichtgeving rond kunststoffen.

Vincent Mispelaere: “De sector heeft nood aan jong talent en zij zijn onze beste ambassadeurs”

Vincent Mispelaere (directeur PlastIQ): “De impact is dermate groot in tijden van arbeidskrapte dat het voor de kunststofverwerkende bedrijven niet altijd makkelijk is om mensen te overtuigen van een job in deze boeiende sector. Onze doelstelling is om een genuanceerde boodschap over kunststoffen te brengen in het onderwijs, de studenten op een verstaanbare en correcte manier te informeren en opleidingen aan te bieden met aantrekkelijk educatief materiaal. De sector heeft nood aan jong talent en zij zijn onze beste ambassadeurs.”